Cultuurcentrum Brugge
Danny Willems

Hands do not touch your precious Me

Ultima Vez / Wim Vandekeybus

“Hands do not touch your precious Me: gevaarlijk, smerig en sensueel”
- De Morgen

 

Hands do not touch your precious Me
Een dialoog tussen de universums van Wim Vandekeybus, Olivier de Sagazan en Charo Calvo

Met Hands do not touch your precious Me creëert Wim Vandekeybus een mythisch verhaal over confrontatie en transformatie, licht en duisternis, dood en wedergeboorte. De choreografie reflecteert over het ontstaan van taal, cultuur en identiteit.

 

Hoe het allemaal begon

De voorstelling kent zijn origine in de wens van de Franse performer en beeldend kunstenaar Olivier de Sagazan om samen te werken met Ultima Vez, de danscompagnie van Wim Vandekeybus.

Vandekeybus ontwikkelde zijn bewegingstaal op basis van impulsieve en instinctieve reacties geconfronteerd met situaties van fysiek risico en gevaar. De Sagazan kneedt sculpturen van klei rond zijn lichaam. In zijn performances transformeren mannenlichamen in vrouwenlichamen, mensenlichamen in dieren, monsters en objecten. Hij veegt letterlijk alle bestaande vormen en gedaanten weg om er nieuwe te creëren. Zowel Vandekeybus als de Sagazan werken op de grens van wat het betekent ‘lichaam’ en ‘mens’ te zijn. Hun oeuvres passen dus op een vreemde manier bij elkaar.

De elektro-akoestische muziek van de Spaanse componiste Charo Calvo – die al vaak samenwerkte met Vandekeybus – zorgt voor de gewenste symbiose van de artistieke universa van beide kunstenaars, aldus Vandekeybus. Ze werken immers alle drie met zintuiglijk materiaal. Calvo gebruikt geluiden zelden zoals ze zijn. Ze transformeert hun kleur, hun snelheid. De Sagazan doet iets gelijkaardigs met klei en verf. Hij maakt iets, verandert het, en doet het dan weer verdwijnen. Ook in het werk van Vandekeybus gaat het om richting en energie, transformatie en verbeelding. In de gechoreografeerde bewegingen zit hun einde al besloten: wanneer de dansers springen, weet je dat ze weer naar beneden komen.

Calvo bracht het idee aan om aan de slag te gaan met het Soemerische godenepos over Inanna. Soemer is een beschaving die zich in Mesopotamië ontwikkelde vanaf het vierde millennium v.C. Het is één van de oudste beschavingen ter wereld. Inanna was godin van de wijsheid, de liefde en de erotiek, maar ook van de oorlog en de dood. Haar opvallendste kenmerk was haar machtshonger.

 

Een mythische onderlaag

De verhalen over Inanna werden overgeleverd via de Soemerische hogepriesteres Enheduanna. In spijkerschrift schreef zij emotionele hymnes over Inanna op kleitabletten, dewelke bewaard zijn gebleven.

In één van de gedichten is er een dichtregel die leest: “Hands do not touch your precious Me”. Vaak wordt gedacht dat de ‘Me’ voor ‘mij’ – m.a.w. ieder van ons – staat, maar eigenlijk is het de aanduiding voor de verzamelde wetmatigheden die zowel de kosmische orde als de maatschappelijke en culturele orde van de mensen bepaalde. De oeroude god Anu schiep de ‘Me’ en gaf ze in bewaring aan de god Enki. Bezit van de ‘Me’ gaf grote macht. Bovendien konden de ‘Me’ van de ene op de andere god overgaan en zelfs worden gestolen. Dit is ook wat Inanna deed, want ze slaagde erin de ‘Me’ van Enki af te nemen.

In een andere mythe maakt Inanna een reis naar de onderwereld. De zus van Inanna, Eresjkigal, zat daar op de troon. Deze godin Eresjkigal moest zich voeden met klei en vuil water, en liet zich nooit door medelijden voor anderen van haar eigen verlangens afbrengen. Inanna maakte de reis naar de onderwereld om haar zus van de troon te stoten. Inanna zal er echter een wrede dood sterven om zo opnieuw geboren te kunnen worden.

Inanna vertegenwoordigt voor Vandekeybus alle tegenstellingen die de mens eigen zijn. Licht en donker, creatie en destructie. Hij gaat aan de slag met de verhalen over Inanna’s ontfutseling van de Me’s van Enki en over haar afdaling in de onderwereld.

 

Naar de onderwereld en terug

Vandekeybus creëert een hedendaagse lezing van deze mythes. Voor de rol van Inanna deed Vandekeybus beroep op Lieve Meeussen. De rol van Ereshkigal wordt vertolkt door de Sagazan. Ereshkigal en haar onderwereld zijn niet louter een wereld van dood en verderf, het is ook een wereld van verbeelding en transformatie. Vandekeybus is Enki die zijn Me’s – vertolkt door zeven dansers – inruilt voor een camera waarmee hij tijdens de voorstelling fragmenten van het gebeuren in geprojecteerde beelden vastlegt. Het reduceert, heel symbolisch, de eens zo machtige god tot een toeschouwer.

Inanna daalt met de Me’s af naar de onderwereld, waar ze haar zus Ereshkigal ontmoet. Inanna moet tijdens haar tocht afstand doen van al haar Me’s. Ereshkigal/de Saragan transformeert de Me’s telkens met klei en vuur van normale mensen tot mythische wezens. Zo wordt de scène een almaar groter en donkerder wordende onderwereld van klei die alles en iedereen rondom langzamerhand opslokt. Om zich te herenigen met haar zus in de onderwereld moet Inanna zichzelf opofferen. De zussen smelten samen, maar door een offerritueel – de dansers houden een ritueel-ritmische dans rond dit standbeeld – kan Inanna als herboren terugkomen. Ereshkigal/de Saragan, die levenloos achterblijft, herinnert aan de keerzijde van de hernieuwde orde.

In Hands do not touch your precious Me worden de lichamen tot een extreem punt geduwd waar vernieling en hergeboorte in elkaar overlopen, waar destructie de noodzakelijke voorwaarde van constructie wordt. Een symbolische confrontatie met de dood – de ultieme uitwissing, de laatste werkelijkheid – om de lust tot leven van en in het lichaam te bevestigen.

Vandekeybus doet dit door lichamen te tonen die versmelten, elkaar verminken en in vervoering raken van een plotse, kwetsbare elegantie. De koortsige bewegingstaal die hij hier voor zichzelf en zijn dansers creëerde, is geworteld in oerdriften en fundamentele, instinctieve acties. Het is een even intuïtieve als uitgekiende choreografie. Onder elke vorm van ‘beschaving’ en ‘normaliteit’ sluimert iets wilds en onbeheersbaars, dat innig verweven is met ons lichaam, zijn driften en instincten. Het ene kan niet bestaan zonder het andere. Ze houden elkaar in evenwicht.

 

Bio

Wim Vandekeybus (1963) is choreograaf, danser, fotograaf en filmmaker. In het midden van de jaren tachtig richtte hij zijn dansgezelschap Ultima Vez op. De voorstellingen van Vandekeybus zijn associatieve montages en ze bewegen zich bij voorkeur tussen de disciplines die een grote autonomie behouden. Zijn dans heeft een grote theatrale kwaliteit. Doorheen de jaren is Vandekeybus in zijn werk geëvolueerd naar grotere en samenhangende fabels, vaak over gemeenschap, individu en conflict. De vitale energie van het lichaam is de kern van zijn voorstellingen. Daarrond heeft Vandekeybus een rijk en divers oeuvre ontwikkeld waarmee hij zijn stempel gedrukt heeft op moderne dans en waarvoor hij nationaal en internationaal gewaardeerd wordt.

Elia Baele

 

De programmatekst en inleiding worden verzorgd door het team van De Zendelingen, een productiehuis voor multimediale content over podiumkunsten en een collectief van freelancers die werken rond omkadering.