Een koning op scène, en toch geen toneelstuk
Tijs Synaeve, conciërge in de Koninklijke Stadsschouwburg, laat op regelmatige basis zijn licht schijnen op wat hij meemaakt in onze zalen.
Het was even slikken, vrijdagnamiddag, toen ik mijn badge moest tonen aan een veiligheidsagent voor ik de Stadsschouwburg in mocht. De Spaanse koning Felipe VI kwam de slotceremonie toespreken van het Europacollege, en het decor van mijn werkplek leek plots het toneel van de beste Bondfilm sinds Never Say Never Again.
Overal nerveuze, maar ook opvallend charmante fluisteraars met oortjes. Vergeet die Zeven Vinkjes: dit waren mannen met zonnebrillen die op gedempte toon collega’s in het Castiliaans instrueerden. Buiten stonden discrete, zware berlines met draaiende motoren en getinte ruiten.
Het bezoek verliep rimpelloos en werd een nieuwe paragraaf in de fabuleuze geschiedenis van dit gebouw, waar iedereen welkom is…dus ook staatshoofden van vroegere bezettingsmachten. Dat Brugge een wereldstad is die niet snel onder de indruk raakt, werd nog maar eens duidelijk. Dankzij een minutieus draaiboek (maar vooral: savoir vivre) en de inzet van stadsdiensten die, zonder borstklopperij, gewoon deden wat ze altijd doen: zorgen dat we gasten ontvangen alsof ze koning zijn.
Maar wat zich afspeelde op scène was geen vrijblijvend vertoon. We leven tenslotte in tijden waarin het ochtendnieuws tegen de avond al belegen smaakt.
Koninklijke rel?
Felipe VI hield een toespraak doordrenkt van Europese ernst. Over gedeelde veiligheid, over de NAVO als onmisbare bondgenoot, over de kracht van samenwerking in tijden van dreiging. En dat was, toegegeven, een tikje pikant. Want amper een paar dagen eerder had de regering van premier Pedro Sánchez (als enige in Europa) de NAVO publiekelijk tegengesproken: Spanje zou niet zomaar meestappen in de logica van een opgevoerd defensiebudget tot vijf procent.
De woorden van Felipe klonken als een subtiele maar niet mis te verstane correctie: “We cannot strengthen our capabilities without considering our alliances.” Op de perstribune werd het onrustig. Had de koning het over Sánchez? Over het bredere gevaar van desintegratie? Of sprak hij gewoon in eigen naam? Geen diplomatieke rel, maar wél een niet zo heel subtiel signaal van de koning aan zijn eerste minister.
Federica Mogherini, rector van het Europacollege, volgde met een toespraak die zó bevlogen was dat ik vergat dat ze ooit de wat kleurloze EU-commissaris voor Buitenlandse Zaken was. Ze sprak over verantwoordelijkheid, over “bijzondere tijden,” over de afgestudeerden die nog één avond mochten feesten, maar vanaf maandag aan de bak moesten. Want de wereld wacht.
En die wereld wordt voortaan niet alleen door mannen als Delors, Spaak of Churchill vormgegeven. Ook vrouwen zoals zij staan nu aan het roer, liet ze heel duidelijk verstaan.
Het hoogtepunt? De Spaanse studentenvertegenwoordigster. Onder daverend applaus stak ze een speech af die nog net geen revolutionair lont in het kruitvat was. “We can no longer afford silence,” zei ze. Gaza werd niet genoemd. Maar iedereen hoorde het.
Tot slot was er nog het Europacollege zelf, dat zich dit jaar van een andere kant liet zien.
Vorig jaar schreef ik in Humo dat het Europacollege een elitaire enclave was die Brugge als decor gebruikte, en dat haar studenten uitblonken in excessen en slechte reputatie. En zie: geen wereldvreemde feestbeesten meer, maar studenten die hun stad mee vormgeven. Ze trokken de Brugse Gay Pride op gang, hielden hun ceremonie in het culturele hart van Brugge (de Stadsschouwburg) en gedroegen zich als de Europese elite die ze zijn: briljant, gepassioneerd en een tikkeltje arrogant.
En de koning? Die vertrok weer. Samen met Letizia, die (laat ons eerlijk zijn) een mooie madam is. (Nee, ik ben níét degene die dat riep op het bijhorende filmpje. Dat is te platvloers voor mij, zo ben ik niet)
Bekijk hier de volledige ceremonie in de Stadsschouwburg.