Cultuurcentrum Brugge

Een literair festijn voor Lasoen? Nu doen!

Tijs Synaeve, conciërge in de Koninklijke Stadsschouwburg, laat op regelmatige basis zijn licht schijnen op wat hij meemaakt in onze zalen.


Een literair festijn voor Lasoen? Nu doen!

Zaterdagavond werd de rehabilitatie van Patricia Lasoen verder ingezet. Een twee uur durende thema-avond, met bloemlezingen, muziek en ontroerende ‘literaire ingrepen’. 


Openstaande rekening

Lara Taveirne, eclatant en fonkelend als een supernova, vereffende meteen enkele openstaande rekeningen. Toen Patricia Lasoen, na haar succes in de jaren ‘60 en ‘70, meer ging schrijven over huiselijkheid, het moederschap en de stormachtige relatie met haar echtgenoot, werd ze door mannelijke recensenten weggezet als een sentimentele moederslons. Als Lasoen haar werk nu zou uitbrengen, was ze de stem van een generatie. Mooi ook hoe Taveirne het uitdrukkelijk niét wilde hebben over het activisme van Lasoen. En vervolgens een gedicht over stakende arbeiders bracht. Met deze ‘denk niet aan een roze olifant’-ingreep werd de angel fijntjes in de maatschappelijke wonde gelaten. 


Levende Idealen 

Dit zette de toon voor een wondermooie avond. De band rond Bruggeling Peter de Blieck zette teksten van Lasoen op songs die niet hoefden onder te doen voor het betere werk van Het Zesde Metaal. Stadsschrijver Marieke De Maré droeg enkele gedichten voor, begeleid door eigenzinnige muzikale arrangementen van Barbara Ardenois. Drie Brugse beeldende kunstenaars, Nele Carlier, Jan Verhaeghe en Yves Gabriëls, allen oudleerlingen van Lasoen, brachten hun favoriete Lasoengedicht, vergezeld van een persoonlijk verhaal. Verhaeghe vertelde hoe hij samen met Lasoen het toenmalige Spaarkrediet een tentoonstelling met luxe-uitgave liet financieren. Onderwerp: de absurditeit van het bankwezen. Gabriëls had het over hoe hij, ondanks zijn dyscalculie, dyslexie en algemene disfunctionaliteit toch een plekje onder de zon kreeg van Lasoen. Nele Carlier tekende voor een authentieke en roerende uitschieter: hoe het sociaal engagement en het rechtvaardigheidsgevoel van Lasoen een handleiding bieden voor haar eigen leven. Spontaan applaus!


De tweede zoon

Jan Dumolyn, intussen zelf een publieke stem en zoon van Patricia Lasoen, kaapte de avond op zijn kenmerkende wijze. Het is niet duidelijk of dit georkestreerd was, maar het zorgde ervoor dat niemand nog de ‘Ode aan mevrouw Lasoen’ zal vergeten. Met een onderkoelde en klinische precisie-ingreep betuigde hij liefde aan zijn moeder. “Ik wil niet dat mijn moeder gereduceerd wordt tot feministe of dat ze politiek geïnstrumentaliseerd wordt. Bij ons thuis ging het eigenlijk nooit over feminisme. Ze was vooral een vrijzinnige humanist en een socialiste. En voor die idealen is ze altijd blijven strijden. Toen het Lappersfort bezet werd, ten tijde van burgemeester Moenaert, sprong ze op de barricades. Ze pendelde met haar autootje tussen de politiecellen en het station, waar ze de gearresteerde bosbezetters dropte na hun vrijlating.” 


Lasoenfestijn?

Werd tijdens deze ode de kiem gezaaid voor een terugkerende literaire happening? Is het tijd om naast Guido Gezelle een meer eigentijdse en even relevante auteur op het schild te hijsen? Het leven en het werk van Patricia Lasoen bieden alvast genoeg stof tot nadenken. 


Carlier Expo

Tot slot nog een warme oproep. Bezoek zeker de tentoonstelling ‘De tuin, de keuken, heel de wereld, al de liefde’ in de expohal van de Biekorf. Nele Carlier maakte ontroerende, intimistische beelden uit het leven van Patricia Lasoen. Nooit zal ik het Nauw van Calais nog kunnen aanschouwen, zonder aan Patricia Lasoen te denken.